Nick Bood

29 april 2017, 22.45 uur, alles heb ik klaar gezet. Biertje, drankje voor Jolanda en chips voor ons allebei. Om 2300 uur begint een bokswedstrijd, die wil ik niet missen. De eerste ronde begint, leuk, maar mijn telefoon gaat. Een collega-112fotograaf/vriend aan de lijn, er gaat een traumaheli naar Zaandam, in de buurt van de Peperstraat, kan jij daar heen? Geen probleem, boksen op pauze en de auto in. Met gepaste spoed rij ik over de Provincialeweg vanuit Wormerveer naar Zaandam, kijken of ik foto’s kan maken voor het NHD.

Bij Koogbloemwijk gaat mijn telefoon weer af, de naam Karin06 komt te voorschijn… Mijn keel slaat dicht, mijn hartslag knalt omhoog, want ik weet het gelijk. Toch neem ik de telefoon op en hoor haar gillen, Nick is neergestoken. Ik druk haar weg en geef gas, geen gepaste spoed meer. Plankgas rij ik door Zaandam, stoplichten negerend, ik vlieg bijna de brug over de Zaan over en alles met 1 hand. Want ik bel met Jolanda en daarna met Hans. Tegen Jolanda schreeuw ik ; het is Nick!! Hans begrijpt me niet goed, want ik zeg alleen; dit keer maak ik geen foto’s!! Maar er giert maar 1 gedachte door mijn hoofd, straks gaat ie dood, straks gaat ie dood, straks gaat ie dood, neeeeee, dat mag niet, dat kan niet! Als ik op de plaats des onheils aankom stappen Karin en Kees ook net uit. Zij lopen naar de plek, Kees ondersteunt Karin, die is kapot, ik ren. Politie en handhavers proberen me tegen te houden voor het lint, maar ik ga door het lint. Ik zie mensen in het geel, mensen in het rood/oranje, mensen in het blauw, allemaal om iemand heen staan. Ik loop dichterbij en… ik zie  met wie ze bezig zijn, pompen, hartslag, infuus, noem maar op, alles.

Het is Nick met wie ze bezig zijn, mijn benen, lichaam, armen voelen slap aan, ik heb het gevoel dat ik er doorheen zak, dat ik ga omvallen, maar dat mag ik niet, blijf er bij met je kop! Ondertussen wordt er ook aan me getrokken en gesjord, u moet hier weg. Ik schreeuw alleen; dat is mijn zoon! Toch word ik met tegenzin buiten het lint gebracht. Daar bel ik Hans, hij moet Jolanda ophalen, dat doet hij. Ik sta op een plek waar ik alles goed kan overzien, zo ook de vertwijfelde blik van 1 van de mensen die aan het pompen is en er mee wil stoppen. Ze ziet mijn angstige, boze blik en dat ik haar aankijk, dan gaat ze snel weer door, maar mij bekruipt een heel naar gevoel. Karin en Kees staan naast mij, maar durven niet verder te kijken, die kijken naar mijn gezicht. Dan wordt Nick op een brancard gelegd en in de ambulance gelegd, deze gaat met  hoge snelheid weg, naar de VU. Ik wil er ook heen, de tweede ambulance gaat er ook heen, daar zitten Karin en Kees in. Wat een gelul, ik rij zelf wel. Echter een agent komt bij me staan en verbiedt me te rijden, ik kan met hun mee rijden. Eerst even mijn auto goed wegzetten, dat mag wel, dan terug naar de plek. Daar is de agent niet meer te vinden, wel mijn broer, nichtje en een collega-fotograaf. Mijn broer en nichtje zijn ook de weg compleet kwijt. De concollega-fotograaf biedt mij aan om mij naar de VU te brengen, onwijs gaaf dit, Pascal!

In de auto heb ik Hans gebeld en gevraagd om met Jolanda door te rijden naar de VU. Wat Hans doet is eigenlijk ook geweldig, maar op dat moment ervaar ik het als normaal, want hij is naast collega ook een vriend. In de auto zittende, houdt het gegeven mij op de been dat mensen in de ambulance meegaan als ze nog leven. Overleden mensen worden niet meegenomen. Maar mijn gevoel zegt iets anders. En dan komt er nog een ander gevoel bij, haat, gigantische haat. Haat ten opzichte van degene die hem wat heeft aangedaan. Dat gevoel wordt alleen maar erger en is waarschijnlijk menselijk, misschien ebt het later weg. In het ziekenhuis aangekomen, word ik naar een ‘familie’ kamer gebracht, daar zitten Karin, Kees, Lester en nog een paar mensen. Allemaal zitten ze  te snotteren.

Even later komen er meer mensen binnen, waaronder gelukkig Jolanda ook. Bij iedereen is spanning, onbegrip en wanhoop op het gelaat te zien. Het is zenuwslopend afwachten in een ontzettend gespannen sfeertje. Dit is niet te doen, dit soort spanning. Ik ga kapot, andere aanwezigen ook… dit is echt, echt niet te doen, afwachten om te horen of je zoon leeft of niet.  Voor ieder normaal mens is dit een hel. Dan, na een uur, het is ongeveer 01.00 uur op 30 april 2017, komen er 2 artsen en een verpleegkundige binnen. Hun houding verraadt niet veel goeds. Arts nr 1 neemt het woord en bevestigt mijn angst. Ze hebben hun best gedaan, maar hij heeft het niet gered. Gegil, geschreeuw, ongeloof, alles!!! Onze grootste kanjer Nick Bood is dood, vermoord.

Lees mijn boek: De dood van Nick Bood.

Ongecensureerd…

Mijn eerste blog op onze nieuwe site gaat over Nick Bood...
Gegil, geschreeuw, ongeloof, alles!!! Onze grootste kanjer Nick Bood is dood, vermoord.